“Het gewone ongewoon goed doen”

“Je probeert gezamenlijk iets voor elkaar te boksen”

Het gezicht van de lokale gemeenschap in Made, dat is Albert Heijn ondernemer Twan van Meel ten voeten uit. Zijn vader was dat destijds ook voor hem in het kerndorp van 13.000 inwoners dat onderdeel is van de Brabantse gemeente Drimmelen. Als voorzitter van de BIZ Bruisend Made is hij verheugd dat zijn collega’s van de niet-essentiële winkels na vier weken weer open zijn. De schaamte blijft: “Ik voelde me er ongemakkelijk bij dat de mensen bij ons met de benen buiten hangen, terwijl deze winkels, cafés en restaurants gesloten blijven.”

Bij binnenkomst in de hal valt je oog direct op een plattegrond van de dorpskern boven de ingang van de Albert Heijn. Het icoon van een blauwwit boodschappenwagentje bij de Nieuwstraat springt eruit. Albert Heijn winkel 8791 is het middelpunt van Made. Bij de winkelwagentjes hangt een foto waar Twan en Corlinda van Meel door hun medewerkers zijn omringd met daarbij de dagelijkse belofte: ‘Wij staan graag voor u klaar’. Op weg naar de sfeervolle personeelsruimte hangt op de overloop een foto van het ondernemersechtpaar met de tekst ‘Het gewone ongewoon goed doen’. Het visitekaartje is afgegeven nog voordat Twan van Meel, sinds 2017 lid van het hoofdbestuur van brancheorganisatie het Vakcentrum, van wal steekt om vol passie te vertellen over het belang van lokaal ondernemerschap. Een oprechte man, die buiten carnaval om voor de lach geen sauwelaar* is, maar meent wat hij zegt en doet wat hij belooft. 

In april 2021 zwaaide Twan van Meel na zes intensieve jaren af als voorzitter van de Vereniging van Albert Heijn Franchisenemers (VAHFR), omdat zijn termijnen erop zaten.  Het werk voor de landelijke Albert Heijn franchiseverenging slokte veel tijd voor hem op. Hij was er naar zijn gevoel te weinig voor zijn eigen mensen. “Ik ben een mensenmens, een teambuilder. Mijn vrouw denkt mee over onze bedrijfscultuur, bouwt aan de sfeer in de winkel en ontwikkelt creatieve, lokale acties. Corlinda is meer van achter de schermen.” Het stel vierde in 2021 drie jubilea op hun locatie in de Nieuwstraat met 2800 vierkante meter winkelvloeroppervlakte: 20 jaar Albert Heijn, 15 jaar Etos en 10 jaar Gall & Gall. Dat resulteerde onder andere in het jubileumbiertje Joske, als eerbetoon aan Jos van Meel, de vader van Twan en oud-eigenaar van de Albert Heijn. Die Albert Heijn was destijds op 800 meter afstand van de huidige winkel gevestigd. 

Hoe zou je jezelf als tweede generatie Albert Heijn franchisenemer omschrijven? 

“We zijn niet van die praatjesmakers. Doe maar gewoon normaal. We houden onze voetjes op de vloer en willen vooral niet uitstralen: ‘Oh wat zijn we goed’. We zijn wel met 300 medewerkers de grootste werkgever in de gemeente Drimmelen.”

Waar haal je de tijd vandaan om al tien jaar voorzitter te zijn van de lokale ondernemersvereniging? 

“Hier in Made werken we niet zo met termijnen. Ik heb wel aangegeven dat ze na moeten denken over een opvolger. Ik vind het natuurlijk leuk om samen met collega-ondernemers, het winkelgebied in de gemeente aantrekkelijker te maken. Zo hebben we in november vorig jaar de communicatiecampagne ‘Maak het mee in Made’ afgetrapt, om de inwoners te verleiden vooral lokaal hun inkopen te blijven doen. De reden is dat wij van mening zijn dat onze klanten in Made de ‘MeeMakers’ zijn, want zij maken het mogelijk dat wij kunnen ondernemen.

“Onze klanten in Made zijn de MeeMakers, zij maken het mogelijk dat we kunnen ondernemen” 

Maar ook onze collega-ondernemers maken het mee in Made. Met deze langlopende actie kunnen we de kracht van het dorp, goed bereikbaar met mooie winkels, gratis parkeren, levendige horeca en veel lokaal ondernemerschap, op een creatieve manier uitlichten.” 

Lokaal ondernemerschap bepaalt het succes van Made.

“We zijn als bestuur bezig met het verfrissen van onze website, logo’s, promotiemateriaal en social media. Na de lockdown willen we stickers met de kreet ‘Maak het mee in Made’ en de hashtag ‘koop lokaal’ in de winkeletalages gaan plaatsen. Er hebben zich al vijftien ondernemers aangemeld. We doen de actie samen met de gemeente. We zitten vlak voor verkiezingstijd, dus we kunnen alles regelen met de gemeente. Dat is fijn. Je probeert met elkaar iets voor elkaar te boksen.”  
Op nationaal niveau wordt dit ook gedaan met de MEERwaardecampagne van het Vakcentrum. 

“Een ondernemersverenging trekt vaak het hardst aan het langste eind. We zijn nu bijna vijf jaar een BIZ met honderd deelnemers, waarvan  toonbankzaken, dienstverleners en horecagelegenheden. Dit najaar moeten de leden opnieuw gaan stemmen of ze nog vijf jaar BIZ willen blijven. De BIZ Bruisend Made heeft een commissie voor activiteiten en een commissie voor de jaarlijkse Bruisende Buitenmarkt. We hebben met ons budget bereikt dat we een historisch pand in Made gaan aanlichten. Made heeft heel veel mooie dingen. Afgelopen jaar hadden we voor het eerst een kerstboom van acht meter hoog op het Raadhuisplein gezet. Op deze manier proberen we de regio zo groot mogelijk te maken. Er is tot nu toe geen leegstand in Made en daar zijn we  trots op. Als een pand leeg komt hebben we goede afspraken met de gemeente dat de bestemming detailhandel erop blijft. Transformatie van winkelen naar wonen is dus bij ons geen thema.” 

Wat verklaart het succes van jouw bedrijf de afgelopen twee decennia? 

“We geloven in omzet en omzetgroei. Dan komt de rest vanzelf. We ontvangen 17.000 klanten per week. Het is goed parkeren, we hebben een fijne winkel, ruime paden, leuk personeel. We willen dat de klant terugkomt vanwege onze onderscheidende service. Zo willen we in plaats van drie dagen een demonstratiemeubel op de vloer, dat er de hele week een demo staat opgesteld, zodat het elke dag een feest is in de winkel. We hebben ieder jaar een lokale spaaractie, zoals in het verleden het muziekfestival en bijvoorbeeld vorig jaar de ‘Spek je clubkas met de ‘chocoMadeletter actie’’. Al enkele jaren zijn we hoofdsponsor van de Vierdaagse in Made. Ook laten we al jaren iedere vrijdag een ‘ouderen-taxi’ rijden, die de bejaarden ophaalt om boodschappen te doen, en weer thuis brengt. Zo’n taxi levert me niks op, maar het is wel harstikke leuk. Als je dit allemaal consequent blijft doen, lopen onze medewerkers ook weer harder voor de klant.” 

Hoe omschrijf je jullie DNA als familiebedrijf? 

“Grappig dat je er naar vraagt. We hadden het er laatst nog over met onze supermarktmanager. Een klant zei het ooit tegen ons: ‘Het gewone ongewoon goed doen’. Altijd net weer die overtreffende trap. Klanttevredenheid is belangrijker dan resultaat. Dat DNA is wel de toekomst. We zijn elke dag op zoek naar die 9 plus en het gewone ongewoon goed doen.”

De Madese Molen ‘Hoop doet leven’ staat bij jullie midden op het parkeerterrein. Sinds mei 2021 zijn jullie eigenaar. Hoe past dit beeldbepalende rijksmonument bij jullie toekomstvisie?

“Ik had de molen eigenlijk veel eerder moeten kopen. De bijbehorende loods had ik al in 2006 van de eigenaren overgenomen.  Er is bij ons een Teamleider in dienst, hij is een fanatiek en gediplomeerd molenaar die in het weekend regelmatig de wieken laat draaien. We gaan plannen maken om de molen in de toekomst aan te sluiten  op onze Albert Heijn. We willen er een lunchroom of proeflokaal openen. Ook hebben we het er over gehad om hier ter plekke ons eigen broodmeel te gaan malen dat we in de winkel gaan verkopen. De molen moet na de restauratie ons geschenk voor Made worden. We hebben er vorig jaar een ouderenlunch gehouden, en in september onze jaarlijkse burendag voor de omliggende bewoners van de Nieuwstraat. Ze vonden het zo mooi. Made is trots op de molen. Dat weet ik, dus daar moeten we zuinig op zijn. Ik heb deze week een overleg met een molenmaker gehad om een plan op te stellen voor het achterstallig onderhoud, waar we in het voorjaar mee gaan starten.” 

Wat maakt jullie specifieke lokale aanpak zo kenmerkend voor Van Meel? 

“Elke keer als wij de afgelopen twintig jaar een verbouwing wilden doen, nodigden we eerst de omwonenden uit in het buurtcafé om over onze plannen te praten. Voor de laatste lockdown organiseerde ik ook regelmatig klantengroepsgesprekken. Heel leuk om te doen.” 

Hoe houd je als ondernemers de moed erin nu de carnavalsoptocht voor de Mayenèrs is verschoven naar mei? 

“Made is een arbeidersdorp met de mentaliteit: ‘We gaan het samen voor elkaar hier fixen.’ Als voorzitter probeer ik ook met de ondernemers de dingen bespreekbaar te houden. We vinden het in deze moeilijke tijd lastig om mensen uit te nodigen voor een vergadering in een horecagelegenheid. Iedereen is zo druk met van alles, je moet het echt interessant maken. We hebben in ieder geval afgesproken om samenwerking te zoeken tijdens de traditionele carnavalsweek in februari of in mei.” 

Hoe hebben je als essentiële winkel je verantwoordelijkheid genomen tijdens de laatste twee jaar?

“In maart 2020 heb ik gelijk de horeca opgezocht, want we zochten mensen om ons te komen helpen, zodat ze niet noodgedwongen thuis zaten. Vrij snel hadden we medewerkers die we tijdelijk overnamen. We hebben ook telkens geprobeerd om onze vaste actie door te laten draaien om iedere zaterdag een lokale ondernemer in de hal uit te nodigen artikelen te komen verkopen. We geven mensen als een echte bakker of een aspergekweker graag bij ons het podium. Je laat zo aan je klanten zien dat het succes niet alleen voor ons is bestemd, maar dat we het succes willen delen. Ik nodigde in het voorjaar van 2020 een lokale ondernemer met een kledingzaak uit om bij ons in de hal spullen te komen verkopen of kortingsbonnen weg te geven. Dat is na een zaterdag toch gestopt. Een modeondernemer uit een nabij gelegen gemeente kreeg hier lucht van, en schakelde uit pure frustratie de handhaving in.
Ik heb ook met mijn collega Oswald Hesselberth van Jumbo een actie opgezet met horecakortingsbonnen die mensen bij ons konden kopen. Afgelopen kerst tot en met oud en nieuw hebben we de hele week de lunchcatering door de lokale horeca laten verzorgen. Binnenkort organiseren we ons personeelsfeest, dat doen we ook met lokale ondernemers.” 

Is het genoeg om het leed te verzachten? 

“Ik blijf iets van schaamte voelen dat bij ons op de Nieuwstraat de mensen – vooral tijdens de feestdagen – met de benen buiten hangen. Ik heb me de afgelopen periode wel afgevraagd wat ik zelf zou doen als ik een niet-essentiële zaak zou hebben. Laatst zei een café-eigenaar dat het idee van het bieden van afhaalmaaltijden niet bij hem past. Ik zou altijd op zoek gaan naar alternatieven en actief blijven. Ik zou niet stil zitten, afwachten of achterover leunen.” 

Hoe hebben jullie dat als bestuur van BIZ Bruisend Made aangepakt? 

“We hebben de afgelopen maand via een mailing een oproep gedaan aan alle ondernemers die waren getroffen: ‘Laat het ons weten als we je kunnen helpen of bijstaan.’ Er was geen een lid die reageerde. Die terughoudendheid heeft ook te maken met trots; zelf zou ik het ook zo voelen. Maar het is goed om de situatie met anderen te bespreken. Er komt altijd iets uit.”

* sauwelen: Brabants voor veel en lang praten, zonder iets te zeggen